Julien Absalon focust op WK mountainbike

Julien Absalon focust op WK mountainbike

ava

Julien Absalon is tweevoudig Olympische kampioen mountainbike. De viervoudige wereldkampioen won ook al vele wereldbekerwedstrijden. Wat Eddy Merckx betekende voor het wegwlelrennen, dat is Absalon voor het mountainbike. Geen enkele mountainbiker is zo succesrijk als de Franse kampioen. In de belangrijke maand augustus staan het EK in het Slovaakse Dohnany, de wereldbekers in het Tsjechische Nove Mesto Na Morave en het Italiaanse Val di Sole en het WK in het Zwitserse Champéry op het programma.  De Orbearenner kan voor de vijfde maal wereldkampioen worden. We hadden een uitgebreid interview met hem.

Het palmares van de sympathieke Fransman is indrukwekkend. Naast de dubbele zeges op de Olympische Spelen en zijn viervoudige wereldtitels, pakte hij achttien wereldbekerzeges tot nu toe (juli 2011). Dat is beter dan de Zwitser Thomas Frischknecht, de voormalige recordhouder. De renner uit de Franse Vogezen grossierde ook in ereplaatsen in het wereldkampioenschap en de wereldbekers. Bovendien was hij meermaals Frans kampioen. En zeggen dat Absalon even goed bekend had kunnen zijn in een andere sport. Net als Roel Paulissen was hij een multi-sporter vooraleer hij begon te mountainbiken. Julien Absalon beoefende, vooraleer hij als veertienjarige voor het eerst een mountainbikewedstrijd reed, tal van andere sporten. Skiën, judo, basketbal, volleybal, … het zijn maar enkele van de sporten die de Fransman deed. Een groot sporttalent dus.

Hoe ben je met mountainbiken begonnen?

Ik was veertien jaar toen ik samen met mijn ouders regelmatig in de bossen ging rijden met de mountainbike. Ze vroegen me of ik geen zin om aan competitie te doen. Dat zag ik wel zitten. Ik startte dan met competitie in regionale koersen. Dat ging dadelijk goed. Ik werd zevende en was daar heel gelukkig mee. In het Frans kampioenschap werd ik vierde. Ik stopte meteen met de andere sporten die ik deed. Ik veranderde als kleine jongen regelmatig van sport, maar nu was ik meteen gewonnen voor het mountainbiken.

Wat zijn je meest belangrijke zeges tot nu toe?

Zeker en vast de twee Olympische titels. In onze sport kan je enkel het maximum halen door Olympisch kampioen te worden. Het zijn telkens twee verschillende overwinningen geweest. Volgend jaar in Londen wil ik voor de derde keer Olympisch kampioen. Het hele seizoen zal ik focussen op de Spelen.

Wat zijn je ambities voor het WK in Champéry? Kan je de jonge garde met Schurter en Kulhavy op kop verslaan?

Ik hoop dat het me lukt. (lacht) Ik versloeg Schurter en Kulhavy al in de wereldbeker in Offenburg dit jaar. Telkens was ik er ook dichtbij dit jaar. Dat geeft me moed om in het WK te presteren. Het is een jonge en nieuwe generatie die zich nu aandient. Maar ik leg me er niet bij neer. Ik ga me ook niet focussen op die twee jongens alleen. In het begin van het seizoen zei iedereen dat Schurter de sterkste zou worden. Maar hij won tot nu toe enkel maar de wereldbeker in Pietersmaritzburg. Kulhavy is misschien wel de sterkste renner van het moment. Maar dat wil niks zeggen. Neem nu bijvoorbeeld het WK van vorig jaar. Iedereen keek naar Schurter en mij. En het was Hermida die won. Kulhavy en Schurter zullen wel de favorieten zijn, maar ze zijn zeker te kloppen. Daar ga ik toch van uit(lacht).

Het WK parcours in Champéry ligt je dat?

Het parcours ligt vlakbij de Franse grens en er zullen vele fans afzakken naar het WK. Dat zal me zeker helpen. De omloop is moeilijk en echt technisch. Dat is in het voordeel van mij. Ooit won ik al een wereldbeker daar en dat geeft me moed.

Wat is het geheim om vier keer wereldkampioen te worden?

Het is de grootste koers van het jaar en het is daarom belangrijk in de beste conditie aan de start te komen. De motivatie is dan ook maximaal. Alles kan gebeuren, omdat het een eendagskoers is. Vorig jaar was ik bijvoorbeeld in een goede conditie en had ik goede hoop om te winnen. Maar in de start viel ik en mijn WK was afgelopen na enkele honderden meters. Ik zal mijn best doen om te winnen.

Doordat je twee wereldbekers oversloeg, kom je niet meer in aanmerking om het wereldbekerklassement te winnen. Is die wereldbeker dan niet meer belangrijk voor jou?

Ik won zes keer de wereldbeker. Maar de laatste twee tot drie seizoen was ik geen wereldkampioen meer. Daar wil ik nu verandering in brengen. Om wereldkampioen te worden, moet ik opofferingen doen. Het is riskant om alles op het WK te zetten. Ik heb er voor gekozen en ik denk dat dit een goede voorbereiding is. Dat is belangrijk. Het WK wordt gereden op het einde van het seizoen en dan moet je nog over je beste krachten kunnen beschikken. Het is moeilijk, want soms ben je heel vermoeid na een slopend seizoen. Het is en blijft een keuze die je moet maken.

Na al je successen ben je eigenlijk de Eddy Merckx van het mountainbiken geworden. Je hebt alles gewonnen wat mogelijk was. Wat is je volgende doel dan?

Ik ben vereerd met de vergelijking met Eddy Merckx. Ik wil natuurlijk voor de derde keer Olympisch kampioen worden. Daarmee zal ik geschiedenis schrijven. Ik hou van mijn sport. Ik zal mijn motivatie niet vlug verliezen. Ik hou van koersen. Ik wil nieuwe uitdagingen aangaan. Ik was vier keer wereldkampioen en iedere keer was het op een andere manier. Ik moet altijd mijn limieten verleggen. Ook zal ik hard moeten blijven trainen. Anders zal ik geen vooruitgang meer boeken. De competitie is ook veranderd met de nieuwe UCI reglementen. De koersen zijn korter geworden, de omlopen worden korter. Dat maakt alles wat explosiever. 

Wat denk je van deze veranderingen in het parcours?

We moeten alleszins de mountainbike spirit blijven behouden. De omlopen worden technischer en spectaculairder. Ik hoop echt dat we in de toekomst de echte mountainbike spirit kunnen behouden. Want mountainbike en veldrijden zijn twee totaal verschillende sporten en dat moeten we zo houden. Het mag zeker geen cyclocross worden. Je krijgt wel meer aandacht in de media, maar toch moet alles blijven zoals het is.

Het verschil in beleving is ook anders dan in België. In Frankrijk, Duitsland en Italië komen duizenden toeschouwers naar de mountainbikewedstrijden. In Belgiê is dat alleen voor het veldrijden.  Hoe populair is je sport in je vaderland Frankrijk?

Sinds ik mijn eerste Olympische titel behaalde, is de belangstelling toe genomen. Mountainbike kwam meer in de media. Toch blijft het moeilijk omdat de meest belangrijke sporten in Frankrijk, namelijk voetbal, rugby, tennis nog altijd veel aandacht en plaats krijgen in de pers. Maar goed sinds 2004 is er toch al wat beterschap. De maandag na het Frans kampioenschap heeft France 2 bijvoorbeeld daaraan een uitzending gewijd.  Voor de uitzending van de Tour de France hebben ze een reportage van een uur gemaakt. Het is goed dat het mountainbiken de aandacht krijgt die ze verdient. Het programma zat bovendien goed in mekaar.

Hoe lang wil je nog meedraaien aan de top van het mountainbiken?

De Spelen van Londen zijn sowieso mijn laatste Spelen. Ik ga zeker niet naar Rio de Janeiro in 2016. Ik weet niet hoe lang ik na de Spelen nog doorga. Zo lang ik me nog kan motiveren om te trainen en te koersen, blijf ik door doen. Dat kan ik op dit moment dus niet zeggen. Ik ben nu enorm gemotiveerd voor mijn laatste Olympische Spelen en daar wil ik een laatste keer er alles uithalen wat erin zit.

Wat ga je doen na je mountainbikecarrière? Is een taak als coach voor jou weg gelegd?

Ik heb nog plannen bij mijn huidig team Orbea. Daar zijn zeker nog vele taken voor mij weggelegd. Een taak als coach zie ik echter niet zitten. Ik wil na mijn carrière meer tijd maken voor mijn vrouw en mijn gezin. Mijn zoon is nu één jaar en hij is nog te jong om te weten wat hij later wil doen.

Bedankt voor dit interview en nog veel succes in de toekomst met je carrière.

Erik Braeken

Het integrale interview verscheen ook in het augustusnummer van Cyclosprint