De toekomst van het mountainbikegebeuren in België

De toekomst van het mountainbikegebeuren in België

Mountainbike is een mondiale sport. Maar in België wordt dit niet naar waarde geschat. De sport werd inmiddels een kwarteeuw geleden in ons land geïntroduceerd. Ze had een vice-Olympische- en wereldkampioen cross-country met Filip Meirhaeghe en een tweevoudig wereldkampioen marathon en tienvoudig Belgisch kampioen cross-country met Roel Paulissen. Na het vertrek van beide renners uit de sport, werd de interesse steeds in de media minder. Alleen collega’s van gespecialiseerde websites schreven, uiteraard, er nog over.

Nochtans hebben we momenteel een schare beloftevolle renners klaar staan. Dat leeft in de mountainbikewereld. Dat bewees de discussie rond de aanduiding van de jonge talenten Ruben Scheire(huidig Belgisch kampioen elite heren) en voormalig Europees kampioen junioren Jens Schuermans voor de Olympische Spelen van Rio. Beide renners deden uitstekend hun best en zetten ons land terug op de kaart. Maar ook de andere talenten mogen we niet vergeten. Met Bart De Vocht hebben we een meervoudig Belgische kampioen, die ook in de wereldbekerwedstrijden goed uit de voeten kan. Ook Jeff Luyten, Didier Bats, Sebastien Carabin en Kevin Panhuyzen mogen we zeker niet vergeten te vermelden.  En de verdiensten van Kevin Van Hoovels zijn niet te onderschatten. Hij was de brugfiguur na het vertrek van Meirhaeghe en Paulissen en werd daar te weinig voor beloond. Hetzelfde geldt voor de talenten van de mountainbikesters Githa Michiels, Kristien Nelen,  Alicia Franck en Alice Pirard.  In deze opsomming zal ik zeker nog aanstormende talenten vergeten, waarvoor nu al mijn excuses. Dat bewijst dat er nog genoeg talent aanwezig is.

Maar zoals in het veldrijden heeft de sport vedettes nodig. Ambassadeurs van hun sport. Spijtig genoeg is dat niet het geval. In Zwitserland is wereld- en Olympisch kampioen Nino Schurter samen met zijn landgenoten geroemd, beroemd en geliefd. In Frankrijk kan Julien Absalon daar als tweevoudig Olympisch kampioen ook niet van klagen, evenals voormalig Olympisch kampioen Jaroslav Kulhavy in Tsjechiê. De populariteit van José Antonio Hermida is groot in Spanje. Maar in ons Belgenland mag je naar de namen van Scheire, Schuermans of De Vocht vragen en iedereen zal je aankijken of je van Mars komt. Tenminste van de mensen die niet in het mountainbiken zitten. En dan hebben we nog het niet over de zwaar ondergewaardeerde andere takken van de mountainbike:  marathon, enduro, eliminator, downhill, enz. gehad. Om de trial zeker niet te vergeten, met negenvoudig wereldkampioen Kenny Belaey en Iciar van den Bergh.

Anders is het dus in het veldrijden. Een sport die enkel beoefend wordt in vooral België, Nederland, Frankrijk, Luxemburg en Tsjechië. En ja, ook in Amerika, maar dan in een ander circuit en met twee verplichte wereldbekerwedstrijden waar, op enkele uitzonderingen na, niemand graag naar toe gaat. Ondanks de achteruitgang van de toeschouwersaantallen blijft de sport immens populair. Vooral op TV dan. Want zeg nu zelf, je kan beter alles volgen op TV, dan de regen en koude te trotseren op het parcours. De toegangsprijzen springen bovendien de pan uit, met het WK in Heusden-Zolder als uitschieter. Zodat het voor een modaal gezin met een bescheiden inkomen bijna onmogelijk wordt om nog alle weken present te zijn op de Vlaamse kermis. Het businessmodel voor het veldrijden is er wel. Maar daar profiteren alleen maar grote sportmarketingbureau’s van. Een kleine organisator wordt snel opgekocht of geeft het moedeloos op.

Een mountainbikewedstrijd organiseren is nog moeilijker. Het prijzengeld mag dan wel lager liggen. De organisatiekosten zijn ook hoog en bovendien ontbreekt het vaak aan het nodige professionalisme om de zaken naar behoren te organiseren. Dit jaar ben ik maar naar één mountainbikewedstrijd, in Beringen, mijn geboortedorp, dan nog geweest. Wellicht de beste organisatie in ons land, te vergelijken met de GP Roel Paulissen indertijd. In Wallonië wordt vaak nog zeer amateuristisch te werk gegaan en dat schaadt het imago van de sport.

Als nu ook iemand als Alicia Franck zich geroepen voelt om als veldrijdster aan de slag te gaan, is daar niets mee. De jonge dame zal wellicht, en terecht, kiezen voor wat meer financiële armslag. Maar dit typeert wel hoe erg het gesteld is met mountainbike in ons land. Als gepassioneerde collega’s in de pers(lees gespecialiseerde websites) er de brui aangeven na een jarenlange, belangeloze inzet, zegt dat nog meer.

Enkele jaren geleden lanceerden we nog S.O.S. Mountainbike. Intussen is de noodkreet bijna verzonken in de zee. Daarom een warme oproep: red deze mooie sport van de ondergang! Steun de organisatoren en de mensen met een hart voor deze zwaar onderschatte tak van de wielersport. Nieuwe initiatieven en financiële injecties zijn dringend nodig voor een sport die op de intensive care ligt.  Reacties zijn altijd welkom op ons redactie adres: redactie@offroadbiking.eu of via ons contactformulier bovenaan. Alvast bedankt!