Eli Iserbyt zegeviert bij de beloften in Baal

Eli Iserbyt zegeviert bij de beloften in Baal

In Baal was de winst bij de beloften voor wereldkampioen Eli Iserbyt gevolgd door Belgisch kampioen Thijs Aerts en Europees kampioen Quinten Hermans. Een kampioenenparade dus op het podium met twee ploegmaten en ex-ploegmaat.

Bij de beloften zouden we een mooie strijd kunnen zien. We hadden hier veel veldrijders die in goede vorm waren. De start werd gegeven bij de beloften en we kregen onmiddellijk een sterkrijdende Gosse van der Meer die de hele meute op sleeptouw nam. Thijs Aerts en de andere topfavorieten zaten wat meer in het pak verscholen.

Maar lang zouden zij daar niet blijven zitten. Het tempo lang niet zo hoog in de eerste meters van de verkenningsronde. Daardoor kon Thijs Aerts al onmiddellijk doorschuiven en de koppositie nemen. Cleppe en van der Meer konden aansluiten en proberen mee te gaan met de koploper. Dat Aerts zich goed voelde, merkten we onmiddellijk op. Hij reed met overtuiging op en over de Balenberg.

De anderen hadden moeite om het tempo te volgen. Cleppe en van der Meer begrepen dit en zochten elkaars gezelschap op. Uit de achtergrond kwamen Quinten Hermans, Eli Iserbyt en Toupalik hun neus vooraan steken. Aerts kreeg de inlichtingen van zijn entourage wat er achter zijn rug aan het gebeuren was. Hij zag de bui al hangen. Toch bleef hij geloven in zijn kansen.

Maar een sterkrijdende Eli Iserbyt schoof ronde na ronde op en kwam in de slotronde bij Aerts. Het leek een spannende strijd te worden om de zege, maar Iserbyt was ontketend en ging vlot over Aerts heen. Meter na meter nam hij voorsprong en Aerts begreep het meteen. Hij begroef de strijdbijl en was niet tevreden met zijn tweede plaats. In de achtergrond werd er gestreden voor de derde plaats. Het was uiteindelijk Quinten Hermans, die het haalde van Toupalik.

Het belooft zondag een spannende strijd te worden om de driekleur bij de beloften.

Voor Eli Iserbyt was dit de vierde overwinning in dit klassement.

Publicatie : Nancy Aerts

Foto: Marc Bluys