Het plan van Judy Baauw

Het plan van Judy Baauw

featured_image_format_judy-baauwHet werd haar met de paplepel ingegoten; oudere broer Leon deed aan fietscross en dus lag de opwindende sport voor Judy Baauw min of meer voor de hand. ‘Mijn ouders en ik gingen vaak samen naar wedstrijden. Nadat mijn zijwieltjes van mijn gewone fiets waren verwijderd, ging ik al snel voor de eerste keer van startheuvel af.’

Ze moet vier zijn geweest, vooruit vijf jaar, en wie ooit bovenop een startheuvel op een BMX-baan heeft gestaan, die weet dat het aardig wat moed vergt om zich met andere BMX’ers naar beneden te storten. ‘Ik ben ermee opgegroeid’, zegt Judy Baauw bescheiden. ‘Ik ben heel jong begonnen en dan gaat het zo’n beetje vanzelf.’ Omdat er ‘niet veel tegenstand was’ deed Judy al snel mee bij de besten. ‘Naarmate ik ouder werd kreeg ik meer tegenstand, maar die kon ik toen wel aan. Ik denk dat ik in veel dingen van het crossen wel redelijk goed ben. In zo’n rondje zit heel veel variatie, maar de start is erg van belang. Laat dat nou net mijn sterke punt zijn. Wat daar belangrijk aan is? Het is een mix van techniek en timing. Voor een deel is dat te trainen, je moet het gewoon veel doen. Voor een ander deel is het ook een kwestie van je zenuwen in bedwang houden. Ik ben nerveuzer voor een doktersbezoek dan voor een belangrijke wedstrijd.’
Die wedstrijden rijdt ze nu nog louter in Europa, maar als alles volgens plan verloopt fietst Baauw binnen een half jaar mee met het wereldbekercircuit. ‘Die wedstrijden tellen mee voor een Olympische kwalificatie en worden over de hele wereld gereden. Ik heb nu nog een beloftenstatus van het NOC*NSF. Maar mogelijk wordt dit een internationale talentstatus. Dat geeft me net wat meer armslag om in dat internationale circuit mee te rijden.’
De reden dat Baauw niet eerder de sprong waagde had met Plan B te maken. ‘Als ik het niet red als BMX’er, en die kans is aanwezig, dan heb ik mijn diploma als fysiotherapeut achter de hand. Ik ben bezig aan mijn laatste stage en moet daarna alleen mijn scriptie nog. Als alles volgens planning verloopt, kan ik me vanaf het voorjaar helemaal op mijn sport richten.’
judy-baauw-inzet-2Natuurlijk houdt ze rekening met een worst case scenario. ‘Ik kan geblesseerd raken, of misschien ben ik niet goed genoeg voor de absolute top. Maar dat zien we dan wel weer. Ik wil een keer helemaal voor de sport gekozen hebben en dan te hebben gezien wat dat oplevert. Nu hik er net de hele tijd tegenaan. In Nederland sta ik de ranking op nummer 1, Europees gezien op een achtste plek en over de hele wereld bekeken sta ik op plaats 42. Dat lijkt laag, maar ik fiets nu nog geen wereldbekerwedstrijden. Als ik daar wel aan mee doe, sta ik sowieso hoger.’
Ze heeft al wel mogen proeven aan het meetellen op het hoogste niveau. ‘Bij een Europese wedstrijd werd ik dit jaar in Klazienaveen derde. Daarmee was ik de hoogst geklasseerde Nederlandse elite dat weekend.’
Samen met haar familie – moeder Baauw was jarenlang voorzitter van FCV Geldermalsen, pa knutselde aan haar fiets en broer Leon hielp waar hij kon – timmert Judy gestaag aan de weg naar de top. ‘Mijn moeder is uit het bestuur, maar mijn vader helpt nog steeds met het onderhouden van het materiaal. En mijn broer heeft me met de FanCard van Topsport Gelderland geholpen. Daarmee hoop ik zo veel mogelijk mensen zo ver te krijgen dat ze me steunen in die laatste sprong naar de top.’ Die sprong kost veel geld, zo weet ze. ‘Ik heb een prima materiaalsponsor, BMX24SEVEN. Op het fietsmerk Free Agent mag ik mijn rondjes rijden en veel beter kan ik het me niet wensen.’
Maar daarmee is ze er nog niet, zo weet ze ook. Via mensen die haar sponsoren, door middel van de FanCard, linksom of rechtsom, ze gaat in elk geval de voorwaarden scheppen om het beste uit haarzelf te halen. ‘Je moet natuurlijk altijd realistisch blijven. Er kan van alles tussenkomen, maar ik ben een doorzetter. Ik geef niet makkelijk op. Het hoogste wat ik in mijn sport kan bereiken is deelname aan de Olympische Spelen. Dat is mijn grote plan.’