Dubbelinterview met Julia Boschker en Didi de Vries

Dubbelinterview met Julia Boschker en Didi de Vries

De toekomst voor het Nederlands mountainbiken

Power girls kan je ze wel noemen de toppers in spe bij de nieuwelingen en junior vrouwen Julia Boschker en Didi de Vries. De nieuwe generatie bikesters die alles met de paplepel mee hebben gekregen en groot zijn geworden door trainen op en met de mountainbike. Begiftigd met het nodige talent zijn deze 2 jonge dames de top van een nieuwe generatie power vrouwen in het mountainbiken.

Julia die erg krachtig is en zodoende op veel parcoursen naar voren komt , technisch al een goede bagage ondanks haar 16 jaar. Julia is het hele jaar al goed maar loopt de belangrijke prijzen tot nog toe door pech mis.

Julia Boschker (portret)

Didi heeft de trui van kampioen van Nederland om haar schouders en straalt een en al vertrouwen uit. Ze is  meer een flyer met veel power, die over een zeer goede techniek beschikt wat haar al de nodige voordelen heeft gebracht.

Didi de Vries (Nederlands kampioene)

Twee verschillende toppers uit 2 verschillende ploegen. Julia heeft onderdak bij het Merida kamp met Patrick Bassa en Didi rijdt voor het Belgische Dare2b Waasland mtb team.

Julia Boschker wordt volgend seizoen Junior vrouw en Didi de Vries gaat naar de beloften vrouwen. Allebei gaan deze jonge dames weer een stapje hoger, maar ook weer een stapje zwaarder. Omdat je rijdt tegen meisjes die maximaal 2 jaar ouder zijn bij de Junioren en bij de Beloften ontmoet Didi in haar categorie vrouwen die al 4 jaar ouder kunnen zijn.

Offroadbiking.eu vroeg deze 2 power girls het hemd van het lijf na de vakantie periode en voor de Beneluxcup waar allebei de jonge dames weer doen waar ze goed in zijn: podium plaatsen vergaren met hun offroad hobby.

  1. De vakantie periode is weer bijna voorbij , hoe hebben jullie die doorgebracht?

Julia: Ik heb een weekje in Frankrijk en een weekje Italië gezeten! Lekker rustig aangedaan, maar wel wat blijven fietsen voor het jeugd EK in Graz. Helaas verliep dat helemaal niet zoals ik gehoopt had, maar het was een onwijs gezellige week met m’n ploeggenootjes!

Didi: Ik heb mijn vakantie doorgebracht met te werken door de week en mijn trainingen afgewerkt en in de weekenden mijn wedstrijdjes meegepakt. Ik heb veel gewerkt om mijn opleiding zelf te kunnen bekostigen. Onze ‘vakantie’ was naar Denemarken zodat ik daar mijn eerste Junior Cup kon rijden.

  1. Het NK was zowel een succes voor Didi als een domper voor Julia. Hoe gaan jullie met die 2 tegenstellingen om in jullie sport beleving?

Julia: De dag na het NK zat ik al in de auto op weg naar Frankrijk. Ik denk dat het goed is geweest voor mij dat ik gelijk even in een hele andere omgeving terecht kwam met andere mensen. Na een paar dagen was ik er al niet meer mee bezig, maar leuk zal het nooit worden!

Didi: Een NK is een dag waar alles moet meezitten. Bij mij zat het mee en bij Julia tegen. Vorig jaar had ik pech op het NK en dat is enorm balen. Nu had ik een dag dat veel meezat. Het is zeker enorm geweldig als je Nederlands kampioene wordt en daar ben ik ook echt dolgelukkig mee, maar ik blijf wel met beide benen op de grond staan. De weersomstandigheden waren voor mij in het voordeel, omdat ik technisch goed uit de voeten kan op een modderparcours.

  1. In de Beneluxcup is die eindzege belangrijk dit seizoen of zijn er andere overwinningen die belangrijker zijn?

Julia: Het zou natuurlijk mooi zijn als ik de eindzege kan pakken! Dit seizoen draaide toch wel een beetje om die competitie. Wel jammer dat de laatste wedstrijd zo laat is, het komt al een beetje in de knoop met het veldrijden. Maar ook dat zal vast goedkomen!

Didi: Iedere wedstrijd die je rijdt, is belangrijk. Als een je goede wedstrijd rijdt , houd je er een goed gevoel aan over en dat smaakt naar meer. Ik ben erg blij dat ik leidster ben in de Benelux Cup en hoop de leiderstrui ook te behouden. Het NK was echter een belangrijkere wedstrijd, omdat je daar een heel jaar naartoe werkt en dat de dag is waar je alles van je zelf wilt laten zien om de titel te behalen.

  1. Vertel eens hoe jullie in het mountainbiken terecht zijn gekomen , stoere meiden mountainbiken toch?

Julia: Ik ben begonnen met wielrennen, pas iets later kwam het mountainbiken. Papa zei dat ik dat ook maar eens moest proberen en ik vond het gelijk leuk!

Didi: Mijn opa en oma hadden vroeger een eigen sportkleding bedrijf waardoor ze ook met het mountainbiken te maken kregen. Mijn papa is toen begonnen met mountainbiken en op zevenjarige leeftijd rolde ik er ook zo’n beetje in. Ik ben begonnen met plaatselijke wedstrijdjes, maar naar 3 jaar uitgeweken naar de Landelijke Jeugdwedstrijden. Toen ik in categorie 7 reed, zijn we naar België uitgeweken om onze techniek te verbeteren en de parcours zijn daar veel technischer en uitdagender. Zodoende dat ik ook in een Belgisch team ben beland. Het jammere hieraan is dat veel mensen denken dat ik Belgische ben en daarom verbaasd waren dat ik aan de start stond op het NK. Je hoeft er niet speciaal een stoere meid voor te zijn, doorzettingsvermogen en de wil hebben is al een grote stap in de goede richting.

 

  1. Hoe belangrijk is het huidige team waar je voor rijdt voor jullie?

Julia: Het Merida Bassa Biking Team is een onwijs gezellig team met alleen maar leuke mensen! Ik ben blij dat ik hier deel van uit mag maken.

Didi: Heel belangrijk voor mij. We krijgen enorm goede begeleiding van 2 trainers die beiden aan de Belgische top rijden. Door middel van trainingsstages in het buitenland leren wij veel bij en leren we onze grenzen te verleggen. Dat hebben we zeker nodig in de wedstrijden. Snelheid en kracht kan je binnen een halfjaar aan trainen, maar techniek moet je van jongs af aan leren beheersen en bijhouden. Wij krijgen ook veel van de sponsors wat ons voor, tijdens en na de wedstrijden verzorgd. Kortom het is een heel hecht team wat elkaar steunt en er voor elkaar is en elkaar verder helpt om hoger op te komen.

Didi de Vries(actie)

6 . Wat zijn de dromen voor de toekomst?

Julia: Volgend jaar wil ik de junior cups gaan rijden en als het voor dat seizoen realistisch is, het EK bij de junioren. Dat lijkt me echt heel gaaf! Maar eerst veldrijden!

Didi: Ik wil graag kijken hoe ver ik kan komen in de sport. Het is mijn passie en ik laat er enorm veel voor. Hopelijk krijg ik de kans om te laten zien wat ik in mijn mars heb en kan bereiken. Mijn trainer gelooft dat de kansen open liggen voor mij.

  1. Als toppers in het vrouwen mountainbiken en aanstormende talenten , hebben jullie dan veel contact met bijvoorbeeld de bondscoach en de KNWU?

Julia: Af en toe praat ik eens met Gerben de Knegt, maar verder is er niet zoveel contact.

Didi: Nee eigenlijk niet. Ik ben nog niet echt benaderd door de KNWU of bondscoach. Ik ben wel eens naar een soort opendag in Sittard geweest, maar ik ben ervan overtuigd dat je niet per se intern hoeft te zitten om je doelen te kunnen bereiken. Zie bijvoorbeeld Michiel van der Heijden, Anne Terpstra, Simon Andreassen, Githa Michiels en zovelen toppers. Als je zelf een ijzeren discipline hebt zoals bovenstaande namen kan je zelf ook aan de top komen zonder intern te zitten. Natuurlijk heb je de KNWU ook nodig, want zonder de bond kan je niet geselecteerd worden voor belangrijke wedstrijden zoals EK’s en WK’s. Ook is hun ondersteuning en ervaring altijd fijn en belangrijk. Ze kunnen je net dat stuk bijbrengen wat je mist of nog geen ervaring mee hebt.

Jan v Dijk.